‘Enige moment dat ik zoiets heb van ja nu heb ik mn hand niet nodig dus kan ik de brace omdoen is als ik slaap’, ‘Meestal heb ik zoiets van ‘ach, laat ook maar; dweilen met de kraan open’, maar deze moest ik toch echt even belichten’, ‘Aan de ene kant heb ik iets van “omw” en aan de andere kant heb ik zoiets van “damn volgens mij houd je er net iets te veel van” ‘, ‘Vanmorgen had ik zoiets van: ik had waarschijnlijk mijn jas moeten meenemen. Nu heb ik zoiets van: ik had mij zonnebril moeten meenemen’, ‘Als mensen tweeten over school en werk dan heb ik gelijk zoiets van ja dan verveel je je’, ‘Op dit moment heb ik zoiets van, no thanks.’
De woorden zijn terug. Even dacht ik begin deze eeuw dat ze waren uitgeroeid, maar net als nieuws, lijkt ook vaagtaal terug te komen. Begin jaren negentig was het al erg populair. Je kon niemand spreken, of ergens viel wel een keer het ‘Dan heb ik zoiets van’. Ik had de neiging om te vragen, wat heb je dan? Maar dan keek mijn gesprekspartner me aan met een vermoeide blik. Nu zou je dan het woord duh gebruiken, denk ik. Maar ik dwaal af. Ik heb het al vaker gesteld: de mens is een kuddedier op het gebied van taal. De vier woorden vliegen weer om de oren en de uitspreker weet vaak zelf niet eens meer dat het raar klinkt.
In de jaren negentig dacht men dat het nieuw was en vooral in zwang bij meisjes en vrouwen. Maar dat blijkt helemaal niet waar te zijn. Onderzoek in een grote verzameling gesprekken toont volgens taalwetenschapper Ingrid van Alphen aan dat het al in 1975 en vooral bij mannen uit de hogere klasse is begonnen. Ik weet nog dat ik dat in de jaren negentig ook al voorbij hoorde komen. Het zou een stopzinnetje zijn van hoger opgeleide onzekere middelbare mannen.
Als ik naar de profielfoto’s bij bovenstaande Twitteruitspraken kijk, zie ik jonge mannen en vrouwen die het gebruiken, maar ook veertigers en vijftigers. Het is nu van bijna iedereen. Ik hoop vurig dat het net als in de jaren negentig vanzelf weer verdwijnt. En dat het dan in tegenstelling tot nu, nooit meer terugkeert in de Nederlandse taal.