Veel tijd om naar de Olympische Spelen te kijken had ik tot deze week niet wegens drukte, maar toch schrok ik van een bericht vanmiddag op de radio. Een vliegtuig vol sporters die geen medaille hadden gewonnen voor Nederland, is geland op Schiphol. Wat triest. Hoe ver is Nederland weggezakt als zelfs de Olympische gedachte niet meer telt en de beslissers lak hebben aan de slotceremonie, vroeg ik mij af. 

Ik zie een vliegtuig vol huilende sporters die elkaar nog een beetje proberen op te beuren, maar allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Natuurlijk is en blijft meedoen aan de Olympische Spelen belangrijker dan winnen, maar winnen voelt toch beter en helemaal als dat betekent dat je toch mag blijven. Slechts één uitzondering is er dit keer op de regel, want Ranomi Kromowidjojo mocht blijven om te zien hoe haar vriendje werd gehuldigd om zijn gouden medaille. Hij wel. Wat mij betreft is de Olympische gedachte ook verbroedering en kijken naar elkaar. De zwemsters die de hockeyers aanmoedigen, de wielrenners die Dafne Schippers aanmoedigen. Oh wacht, die waren al naar huis. Maar met goede reden, want zij zitten nog midden in het wielerseizoen. Dat vind ik een betere reden dan geen medaille dus weg. 

De beslissers vinden iets anders. Zij besloten tot deze vlucht die vandaag roemloos landde op Schiphol. Geen eresaluut, geen F16´s ernaast, want geen winnaars aan boord. Alleen verliezers. Gewoon stilletjes landen, en weg zijn uit Rio voor minister Edith Schippers van Sport daar haar opwachting maakte. Ik hoop dat dit verliezersvliegtuig een eenmalige actie is. Een foutje in het draaiboek. Het is niet goed voor de sport, getuigt niet van gevoel voor de Olympische gedachte en is ronduit vernederend voor de passagiers die dat vliegtuig moeten nemen. Mocht het over vier jaar toch onverhoopt weer zo zijn, dan is mijn tip aan de sporters: pap aan met een medaillewinnaar. Misschien mag je ook blijven. Belangrijker vind ik dat de deelmnemers die dat willen ook mogen meelopen met de slotceremonie. Een afsluiting van een tijdperk, want allemaal -medaillewinnar of niet- hebben ze keihard gewerkt om daar te strijden en daar mag best wat tegenover staan.