Vliegwiel, sneeuwbal, compounden. Uiteindelijk kan ik zelf niet tegen mijn geld op werken, hopelijk.” “Dat asiel gedonder is het vliegwiel voor heel veel problemen.” “Start het vliegwiel deze maand nog door extra af te lossen.” “Dat vliegwiel komt wel.”

Naast een onderdeel stoommachines en later van verbrandingsmotoren is het vliegwiel ook een gevleugelde term in vaag taalgebruik. Het vliegwiel duikt overal op, in ambtelijke stukken van de overheid en de kring eromheen zoals belangenorganisaties. Diverse zaken, soms concreet, soms in de vorm van thema’s, krijgen dezelfde naam mee. Zo heb ik afgelopen jaar veel vliegwielen voorbij zien komen om klimaatverandering tegen te gaan, een onderwerp waar ik toen veel over schreef. En dan vaak niet in de betekenis van het onderdeel van het energieopslagsysteem.

De eerste vermelding die ik in het krantenarchief tegenkom over vliegwiel is op 24 april 1828 in een advertentie in de Oprechte Haarlemsche krant: “Te koop: een koperen perspomp met ijzeren vliegwiel en verder toebehoren.” Een diepere duik in het krantenarchief leert dat er heel veel soorten vliegwielen bestaan van diverse materialen.

De eerste vermelding van het figuurlijke vliegwiel die ik heb kunnen vinden, is opgetekend door het Eindhovens Dagblad van 1 februari 1957 waarin staat: ‘Burgemeester Kolfschoten dankte de gemeentesecretaris, de verpersoonlijking van het ambtenarenapparaat, hij was ‘het vliegwiel van een goed lopende machine’.’ Diverse regionale kranten melden op 18 november 1958 in een artikel over het wegblijven van toeristen dat ‘het vliegwiel van de Franse impuls tot stilstand gekomen zal zijn’. 

Diverse regionale kranten gebruiken het woord op 17 januari 1964 waar de dagbladpers zich in een stuk van een persdienst de vrije pers omschrijft als het vliegwiel van de democratie. Dan komt het woord ook de kabinetskringen binnen: op 8 oktober 1965 citeert het Algemeen Dagblad minister Pieter Bogaers die de woningwetwoningen omschrijft als ‘het vliegwiel dat de bouwproduktie op gang houdt’. Premier Jo Cals herhaalt dat op 23 september 1966 in verschillende regionale kranten. In 1968 citeert de Leeuwarder Courant die toenmalig minister van Economische Zaken Leo de Block citeert die het heeft over ‘het vliegwiel dat in Zeeland is gaan draaien, waardoor de werkgelegenheid zich gunstig heeft ontwikkeld’.

Het vliegwiel helpt letterlijk en figuurlijk iets op gang, maar veel mensen gebruiken het woord te pas en te onpas. Om iets kleins groter te maken, of om een groeiende beweging aan te kondigen. Het woordenboek van Van Dale geeft alleen de letterlijke betekenis: op een as gemonteerd wiel om deze een gelijkmatige snelheid te geven bij wisselende weerstand of belasting. Voor alle andere varianten zijn genoeg woorden beschikbaar in onze taal.