“Wij zijn een gaaf land.¨ “Tuurlijk heeft Nederland problemen. Maar die zijn lang niet zo groot als daar. Wij zijn een “rijk” land.” “Wij zijn nog altijd een katholiek land.” “Tuurlijk… Wij zijn de bad guys, NL is een fascistisch land. Turkije niet, dat is een beschaafd land…”
Het viel me op in de brief van premier Mark Rutte, inmiddels demissionair, aan alle Nederlanders. Hij schreef daarin: “Wat voor land willen we zijn”. En tijdens het slotdebat zei hij: “Wij zijn een land…” Land ook het liefst uitspreken met een hele dikke l, zoals Sybrand Buma en Alexander Pechtold het woord uitspraken in hun campagnesport. Lllllland.
Zij behandelden het land als een ding, niet als een personificatie van ons allen, zoals Rutte en de makers van bovenstaande tweets dat deden. Ik voel me mens, geen land. Ik heb heus iets in me stromen, maar geen rivieren. Ik vraag me ook af hoe dat eruit zou zien als we allemaal een land waren. Nu hebben we het geluk dat ons land de vorm heeft van een zwaaiend persoon, maar dan nog zijn we niet ons land. We maken deel uit van het volk dat het land bewerkt en bewoont.
Maar in een land van coalitievorming is het zoeken naar een gemene deler. Vandaag is de formatie officieel begonnen met gesprekken van alle lijsttrekkers die Kamerzetels halen met verkenner Edith Schippers. Mijn verwachting is dat we nog vaak zullen horen wat voor een land wij zijn tijdens het vormen van een nieuw kabinet. Om vervolgens verschillen te gaan benadrukken. Wij zijn geen land, wij zijn de mensen die het maken.