Het seizoen van Boer zoekt vrouw zit er alweer op maar de man achter Boer zoekt stem gaat door met zijn missie: een beter landbouwbeleid vanuit Brussel. Een jaar geleden trok hij met een Fordson Dexta uit 1954 en de slogan “Boer zoekt stem. Jan Huitema VVD nr 6” door het land. Het bracht hem 26000 stemmen, genoeg voor een voorkeurszetel in het Europees Parlement.

Het idee ontstond in de kroeg met vrienden uit zijn geboortedorp en woonplaats Makkinga. Huitema heeft daar met zijn vader een melkveebedrijf met zo’n 130 koeien. “De ene vriend verzon de slogan, een ander kwam op het idee om de trekker van de buurman te gebruiken en een ander bedacht dat we een aanhanger konden gebruiken als uithangbord. Samen maakten we er een houten constructie op voor het doek. We hadden het gevoel van werken aan een carnavalswagen, compleet met een biertje toe. Het mooie is dat de trekker in de aanhanger past. Eén van de vrienden heeft een busje. Daar kon de aanhangwagen achter en zo reden we door het land. Vlak voor de aankomst reden we de trekker uit de aanhangwagen zodat ik rustig aan kwam rijden, alsof ik zo uit Makkinga kwam”, zegt Huitema.

Ze waren bij de Brabanthallen voor de officiële start van de Europese Verkiezingen en Mark Rutte kwam nog even naar de trekker, bijgenaamd stemmentrekker, kijken. “We stonden even daarvoor buiten in de regen. Toen bedacht iemand dat we misschien wel naar binnen konden met de trekker. Dat hebben we gevraagd en het mocht. Ineens ging een roldeur open en daar kwam ik naar binnen rijden. Geweldig, toch?”

Een vriend bedacht de slogan ‘Boer zoekt stem’, maar Huitema heeft hem groot gemaakt met zijn tocht door Nederland. Met zin en lef zegt hij zelf. De link met Boer zoekt vrouw is duidelijk. Huitema zoekt niet meer. “Nee, ik ben voorzien. Ik kijk wel naar Boer zoekt vrouw, maar meer om te zien hoe de verschillende boeren hun bedrijfsvoering doen. En op de steeds terugkerende vraag ‘heeft deze boer zijn vrouw gevonden’ zeg ik: ja, deze boer heeft zijn stem gevonden.”

Huitema toog met de trekker langs de Friese elf steden en verder het land in. “Zo mooi dat het gelukt is. Ik wilde een oude trekker voor mijn campagne en het liefst een Fordson Dexta. Die zijn uniek en antiek. Ze komen uit de Marshallhulp en onder boeren is het een begrip. Het mooie aan deze is ook nog dat hij oranje velgen heeft, terwijl die bij het standaardmodel wit waren. Blauw en oranje, de kleuren van de VVD”, zegt de Europarlementariër met glimmende ogen. Het resultaat had hij niet verwacht. “Nee, ik ben nuchter. Met het binnenrijden van de Brabanthallen haalde ik het NOS-journaal, maar 5 of 10 seconden. Daardoor groeide mijn bekendheid, maar ik verwachtte niet dat ik genoeg stemmen zou halen. Het trekkertje was populairder dan ik. Ik hoorde mensen zeggen ‘kijk daar heb je de trekker’, terwijl ze mij niet herkenden.”

Toen Huitema vorig jaar direct na de verkiezingen hoorde dat hij 7000 stemmen in Friesland had, was hij verbaasd en blij. Zo veel had hij niet verwacht. Even later bleek dat hij landelijk 26000 stemmen had binnengereden met zijn stemmentrekker. Na jaren werken voor een Europarlementariër, kreeg hij die functie nu zelf. “Ik wilde altijd boer worden en het staat buiten kijf dat ik dat ben en blijf. Door deze interesse ging ik in Wageningen studeren om eventueel ook iets naast het boerenbedrijf te kunnen doen.  Ik dacht aan een bestuurlijke functie bij een landbouworganisatie, maar kwam in Brussel terecht. Daarna heb ik een paar jaar in Makkinga geboerd en nu ben ik terug als Europarlementariër. Voor mij is dat het beste van twee werelden, al dacht ik dat ik meer boer zou zijn. Nu melk ik nog maar twee keer per week. Doordeweeks zijn er twee jongens die melken, terwijl mijn vader de bedrijfsvoering doet. In het weekeinde zijn mijn vader en ik die twee jongens”. Als zijn vader stopt, wil Huitema zeker de zaak overnemen. “Dat zou wel eens sneller kunnen zijn dan iedereen denkt. Het plan is om dan een bedrijfsleider aan te stellen en in het weekend ben ik er.”

En het gaat goed in Brussel, Huitema is een bekende, krijgt regelmatig vragen van collega’s over de uitwerking van Europees beleid op zijn boerenbedrijf en hij maakt zich sterk voor veranderingen. Hij was dit jaar zelfs genomineerd voor Europarlementariër van het jaar. Hij wil de komende landbouwhervormingen en de nieuwe mestwetgeving in goede banen leiden.  En dan? “Ik heb nog geen zin om verder te denken. Ik ben 30, sta aan de start van deze geweldige uitdaging en ik wil nu eerst alles geven om zoveel mogelijk te betekenen voor de Nederlandse land- en tuinbouw. Die verdienen het.”