Een jaar geleden stond ze in Opzij, maar sindsdien is er veel gebeurd. “Het was in één woord enerverend”, zegt Christine Teunissen. We zitten in de fractiekamer van de Partij voor de Dieren in de Eerste Kamer met uitzicht op de Ridderzaal. Een jaar geleden zaten we even verderop in de ontmoetingsruimte van de Eerste Kamer, maar daar is het vandaag vol. Nu is ze bijna twee jaar senator.
“Ik ben nog enthousiaster over de rol van de Eerste Kamer. Ik heb goede contacten gelegd met collega’s. Hier zijn we minder concullega’s dan aan de overkant in de Tweede Kamer. Daar lijkt altijd een soort onderlinge strijd aan de gang en dat is hier veel minder.”
Het absolute hoogtepunt van afgelopen jaar was voor Teunissen de reis met senatoren naar het Caribisch gebied. “Tijdens zo’n reis krijg je andere gesprekken dan hier. Je leert collega’s op een andere manier kennen.” En hoewel zij nog steeds de jongste is in de Eerste Kamer op dit moment, waren het niet alleen grijze mannen die mee waren. Goed, een Ruud Vreeman valt wel onder die noemer, want ook een Sophie van Bijsterveld en Meta Meijer waren mee. “Je krijgt tijdens zo’n reis ook beter zicht op wat er verderop in het Koninkrijk speelt. Ik ben zelf ook veel buiten het programma op pad geweest met verschillende organisaties. Hierdoor kwam ik ook op de vraag die ik aan de regering heb gesteld over de verschillen in dierenbescherming in Nederland en de overzeese delen Bonaire, Saba en Sint Eustatius. Ik vind dat hetzelfde beschermingsregime zou moeten gelden als hier, maar dat is niet zo. Je ziet veel zwerfhonden, uitgedroogde dieren en koralen verdienen ook bescherming.” Dat laatste is volgens haar geen probleem, ook al hebben we dat aan onze kant van het grote water niet. “We hebben wel Natura 2000 gebieden en dat betekent dat er in bepaalde natuurgebieden niet mag worden gebouwd. Daar zetten ze er gewoon een gebouw neer. Ik heb ook campagne gevoerd voor een natuurgebied op Saba om dat de door het Rijk uitgeschreven verkiezing van het mooiste natuurgebied van Nederland te laten winnen. Daar zat een subsidie van drie ton aan vast. Het is echt een geweldig mooi vulkanisch gebied daar en met mijn campagne hier stond ik daar in alle kranten, maar het is helaas niet gelukt.”
Vorig jaar was ze als beginnend Kamerlid nog op zoek naar wat ze kon inbrengen en wat haar rol precies was. De grootste teleurstelling was het aannemen van de Natuurbeschermingswet door de Eerste Kamer. “Ik had gehoopt dat er meer gedaan zou zijn tegen de plezierjacht.” Zij had daar in de senaat diverse betogen over gehouden, maar tevergeefs. Meer succes had ze met een motie over het decentraal toegankelijk houden van medische dossiers die werd aangenomen. Dat wil zeggen dat naast een centraal opgeslagen patiëntendossier decentrale systemen mogelijk blijven, omdat zorgverleners soms ook gebaat zijn bij toegang tot de dossiers om de beste zorg te leveren. En daarnaast zette ze zich in voor zaken waar ze als raadslid in Den Haag ook mee te maken heeft, zoals bewonersparticipatie.
Kandidaat
Het lijkt haar niet genoeg, want vorig jaar besloot ze ook dat ze kandidaat voor de Partij voor de Dieren wilde zijn voor de Tweede Kamer en nu staat ze op nummer 7 van de kandidatenlijst. “Ik vind mijn werk voor de Eerste Kamer en in de raad heel leuk. Ik heb me kandidaat gesteld in het belang van mijn partij. Zeven zetels zou een geweldige doorbraak zijn en als dat gebeurt wil ik er zijn voor mijn partij. Maar ik sta niet op drie, omdat ik mijn huidige werk ook heel leuk vind.” In Nederland kan een kandidaat ook met voorkeurstemmen worden gekozen. Dat betekent dat een kandidaat die niet op de eerste plek staat een kwart van de kiesdeler haalt. Dat is het aantal geldige stemmen op alle kandidaten, gedeeld door het aantal beschikbare zetels. “Ik ben daar wel ontvankelijk voor, dus dan ga ik wel de Tweede Kamer in”, zegt Teunissen.
Eerder was zij al eens medewerker van de Tweede Kamerfractie van haar partij. “In het begin werden we uitgelachen. Wij waren de eerste partij die verband legde tussen het eten van vlees en de ontbossing. Andere partijen maakten dat belachelijk. Die ontbossing komt door de toenemende behoefte aan veevoer en dat is inmiddels een aangenomen feit, dus de acceptatie is er. Daar kan ik nu op varen.”
Vrouwvriendelijke, milieuvriendelijke en diervriendelijke partij
Toen de Partij voor de Dieren net in de Tweede Kamer zat, diende partijleider Marianne Thieme 40 moties in bij de begroting van Landbouw om de strijd van de partij voor dierenwelzijn zichtbaar te maken en nog steeds sluit Thieme elke inbreng in de Tweede Kamer af met de woorden: ”Voorts zijn wij van mening dat er een einde moet komen aan de bio-industrie”. Vrij naar de Romeinse senator Cato, die altijd zei: “Overigens ben ik van mening dat Carthago verwoest moet worden”. Teunissen neemt dat gebruik niet over. “Dat is uniek voor Marianne, dat is van haar.” Thieme voerde afgelopen Prinsjesdag geen actie tegen dierenleed, maar voor meer vrouwen in de politiek. “Wij zijn heel erg voor emancipatie. Dat staat ook in onze beginselen die zijn bijgewerkt in 2005. Wij zijn een vrouwvriendelijke, milieuvriendelijke en diervriendelijke partij. In de politiek zijn nu vooral veel mannen van middelbare leeftijd, dus het is goed dat Marianne hier aandacht voor vraagt. Politieke partijen moeten meer naar zichzelf kijken en meer vrouwen uitnodigen om een actieve rol te spelen. Op het punt van vrouwen met een andere culturele achtergrond is er voor de Partij voor de Dieren ook nog wel wat werk te verrichten”, geeft Teunissen toe. Op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart staan 19 vrouwen bij de eerste 30 kandidaten. “Elke veranderingsbeweging heeft tijd nodig”, zegt Teunissen en zij haalt haar eigen onderzoek erbij dat zij deed tussen 2002 en 2008 naar hoe de media reageerde op de Partij voor de Dieren. “Wij zijn niet verschoven, maar de media is wel anders over ons gaan berichten. Het duurde even voor de pers verder keek dan de naam van de partij.” Mogelijk speelde de tijdsgeest hier ook in mee, omdat er in die jaren vier kabinetten Balkenende zijn geweest. Er waren regelmatig verkiezingen en wisselende samenstellingen in de Tweede Kamer, waardoor ook de kleine partijen meer meetelde. “Dat speelt nu ook. Wij zijn bijvoorbeeld beslissend geweest bij de splitsingswet, al kan de Onafhankelijke Senaatsfractie dat natuurlijk ook zeggen.” Saai vindt ze het nog steeds niet in de ‘chambre de reflection’, de kamer van reflectie, zoals de Eerste Kamer ook wordt genoemd. De bedoeling is dat de senatoren geen politiek bedrijven, maar met meer afstand naar wetten kijken of ze goed zijn. Al is dat onder Rutte enigszins veranderd, omdat hij tijdens zijn kabinetten geen meerderheid had in de Eerste Kamer. “Wij zijn een soort dijkbewaking en dat is wel nodig in deze tijd met een opmars van het rechts populisme. Ik vind het een eer dat ik daar aan kan bijdragen.”
De komende tijd gaat er wel wat veranderen. In de Eerste Kamer komen minder wetsvoorstellen binnen, vanwege de komende verkiezingen en de daaropvolgende formatie. Het zal nog even duren voor er een nieuw kabinet zit dat nieuwe wetsvoorstellen kan gaan maken. Maar de renovatie van de Eerste Kamer waar Teunissen aan wilde werken is nog steeds gaande. De senator gaat binnenkort vloggen. Eens per week bespreekt ze maatschappelijke onderwerpen, bijvoorbeeld over het dumpen van kippenvlees en andere zaken op het gebied van milieu en dierenwelzijn. “Ik ontken niet dat het iets te maken heeft met de campagne. In verkiezingsdebatten komt het klimaat weinig aan de orde en D66 en PvdA stellen me ook teleur. De urgentie om klimaatverandering tegen te gaan, wordt niet begrepen.” In haar eigen verkiezingsprogramma staan de meest verregaande voorstellen om dat doel te bereiken. En die zijn haalbaar. “Wij willen vooral geen loze beloften doen en kijken naar wat we in het beleid willen veranderen. We moeten realistisch zijn, maar houden wel vast aan onze idealen.”
Plannen
Behalve het vloggen heeft Teunissen nog meer plannen voor komend haar. Ze hoopt op een goed jaar in de Eerste Kamer, waar ze nog meer en beter wil samenwerken met collega’s. Uiteraard hoopt ze ook op een prachtig resultaat voor haar partij tijdens de Tweede Kamerverkiezingen. “Bij een status quo van twee zetels zou ik iets minder blij zijn. Ik ga zeker niet uit van verlies. Hoop en vertrouwen is belangrijk tijdens de campagne.” En een campagnedier is ze wel. Ze raakt naar eigen zeggen in een ‘flow’. “Ik krijg er heel veel energie van. Het is de leukste tijd van een verkiezingsjaar. Mijn fractievoorzitter Niko Koffeman maakt langere dagen, maar ik ga zelf ook een paar debatten doen, zoals het Leids verkiezingsdebat en het laaggeletterdendebat. Het is mooi om te laten zien waar je voor staat.”
Vorig jaar zei Teunissen dat ze niet in de senaat zat als stemvee en dat is voor haar gevoel nog steeds niet het geval. “We zitten hier als aanjager en de aanjager wint. Tijdens een door ons aangevraagd debat over duurzaam consumeren en dat we met zijn allen te veel vlees eten in de Haagse gemeenteraad namen ook andere partijen het woord en dat is onze aanjagersrol.” Zij vindt het leerzaam en nuttig dat ze op meerdere overheidslagen actief is. En hoopt dat nog lang te blijven doen. Al droomt ze stiekem dat haar Partij voor de Dieren zeven zetels haalt in de Tweede Kamer.
Het interview met Christine Teunissen in Opzij van ruim een jaar geleden is via Blendle beschikbaar (€ 0.79)