Vorige week was de Dag van de Hagenaar in het Haagse stadhuis. De gemeenteraad organiseerde de dag om Hagenaars te laten zien wat de politiek doet en hoe de bewoner daarbij betrokken kan worden. De opkomst was gering en de mensen die er waren, kenden veelal de weg naar de raadszaal al.

“Ik ben vandaag lid geworden van het CDA. Hier kan ik zelf kiezen op welke partij ik stem, in Suriname volgde ik de adviezen die ik kreeg”, zegt een bezoekster. “Ik ben actief in de wijk en heb hier wel wat zaken gedaan”, zegt een ander. Ook sociaal werker erkende dat hij naar de Dag van de Hagenaar was gekomen om zaken te doen. De raadsleden zelf gaven workshops, stonden mensen te woord, maar ook zij deden zaken. Bijvoorbeeld door andere partijen te overtuigen van het meestemmen of meeondertekenen van een motie.

Ook de raadsleden viel het op dat ze vooral bekende gezichten zagen. “Maar niet allemaal, ik had net een vader die problemen had met zijn zoon. Je kunt niet alles oplossen als raadslid, maar ik heb hem wel door kunnen verwijzen”, zegt CDA-fractievoorzitter Karsten Klein. VVD-fractievoorzitter Anne Mulder denkt dat de geringe opkomst ook kan liggen aan de Toppers, die op dat moment in de Nieuwe Kerk waren. In het atrium stonden kraampjes van de politieke partijen om een aantal ingerichte huiskamers zonder muren. Het CDA had twee Haagse Kamerleden uitgenodigd: Jan Schinkelshoek en Nicolien van Vroonhoven-Kok. De laatste vond het een leuk initiatief om mensen te ontmoeten. “Anne Mulder ken ik bijvoorbeeld nog uit de tijd dat we beide beleidsmedewerker waren in de Tweede Kamer”.

SP-raadslid Hiek van Driel vindt dat de raadsleden net als de SP zelf meer de wijk in moeten en dat de Dag van de Hagenaar daarmee overbodig zou moeten zijn. Ook zij vond de opkomst tegenvallen. Raadsvoorlichter en lid van de organisatie Tina Ehrami bekeek het van de positieve kant: “De sfeer was prettig en men hoefde in ieder geval niet op een rij te staan wachten om met de raadsleden in gesprek te gaan. Er was voor ieder wat wils en de kinderen hoefden zich ook niet te vervelen. Wij zouden de volgende keer misschien meer aandacht moeten besteden aan het bereiken van de iets moeilijkere groepen”.

Wethouder Rabin Baldewsingh (PvdA, Burgerschap, Deconcentratie, Leefbaarheid en Media) gaat ook over burgerparticipatie, het betrekken van Hagenaars bij de stad. Hij vond het jammer dat hij nog geen collega-wethouders was tegengekomen en dat er vooral bekenden op de Dag van de Hagenaar afkwamen. “Er is geprobeerd om het in de huiskamer van de stad te houden. Als er gericht activiteiten in de wijken zouden zijn georganiseerd, zou je misschien meer mensen zien”, aldus de wethouder. Hij zag zijn aanwezigheid zelf als een extra spreekuur, zoals hij eens per maand op woensdag houdt.