Nederland kent heel wat plaatsen met een politieke geschiedenis. Een daarvan is Ministerskamer van de Eerste Kamer, waar menig kabinet is geformeerd tot en met Rutte-I in 2010.

Sinds 1913 gebruikt de Eerste Kamer de Ministerskamer als conversatiekamer voor de leden. Aan de zijkant van de statige vergaderzaal van de Eerste Kamer zit een deur, daarachter een ambtenarenkamer met aan de zijkant de deur naar de Ministerskamer. De bedoeling  is dat ministers zich hier voorbereiden op debatten met de Eerste Kamer. Vanaf 1768 was dit de eetkamer van erfstadhouder prins Willem V (1748-1806).

Hij koopt zijn meubilair op de kermissen van Den Haag, Groningen, Breda en Leiden. Het vertrek krijgt een stucplafond en een eikenhouten beschilderde betimmering in groen met goud geschilderde krullen. Boven de schoorsteen prijkt een staatsieportret van Koning-stadhouder Willem III geschilderd. Het is van een onbekende schilder en dateert ongeveer van het einde van de 17de eeuw.

Lodewijk Napoleon laat rond 1808 alle plafondschilderingen, bovendeurstukken, gobelins en behangselschilderwerken verwijderen. Het staatsieportret blijft. De verwijderde stukken zijn nu naar verluidt deels in Huis ten Bosch en in het depot van Paleis Het Loo in Apeldoorn.

Tijdens een grote verbouwing van zo’n 20 jaar geleden is gezocht naar de oude stukken. Een bleek spoorloos verdwenen na de ‘aanpassingen’ van Lodewijk Napoleon. “Het wrange was dat we toen nieuwe gobelins moesten laten maken in Frankrijk. We moesten betalen voor de vervanging van hun jatwerk”, zegt Koen Baart, hoofd griffie van de Eerste Kamer van september 1991 – december 2005. Maar zonder was het in de zon, die over de Hofvijver de Ministerskamer in schijnt, vaak te warm. “Kok heeft een keer als informateur uitgeroepen: ‘Het is hier bloedheet, zo kan ik niet werken’”, zegt Baart. Geen wonder dat menig formatie werd onderbroken voor een ijsje bij de ijskar op het Binnenhof of voor een visje. De visboer voor het Binnenhof staat precies in het uitzicht van de Ministerskamer.

Sinds de Eerste Kamer een vergaderschema heeft, hoeven ministers niet meer uren in de Ministerskamer te wachten voordat zij aan de beurt zijn en ging een deel van de functie verloren. Hooguit als er heibel was, zoals in 1993 rond de Vreemdelingenwet. Toenmalig premier Ruud Lubbers ging door de gang van zijn ministerie binnendoor naar de Ministerskamer in de Eerste Kamer was om de in het nauw gedreven minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin te ondersteunen. “De minister ‘ging even plassen’ en kwam terug met een halve toezegging”, zegt Baart. Die gang is een publiek geheim en ideaal om bezoekers van het Torentje ongezien te laten komen of te laten vertrekken. De pers stond voor het Torentje en gast ging via de uitgang van de Eerste Kamer.

De Ministerskamer is ook regelmatig gebruikt door medewerkers om een uiltje te knappen. Formaties brachten reuring naar de Eerste Kamer. Dan kwamen de mensen van het ministerie van Algemene Zaken met telefoons, computers, kopieerapparaten, een ovalen tafel voor in de onderhandelingsruimte en begon het circus tot en met de pers voor de deur van de Eerste Kamer. Persvoorlichter van de Eerste Kamer Gert Riphagen wijst naar de hoek: “Kijk, dat kopieerapparaat is na de laatste formatie blijven staan”. Sinds 2012 is het reglement van orde van de Tweede Kamer veranderd en zijn de kabinetsformaties daar, in plaats van aan ‘de overkant’.  De Ministerskamer is daarmee weer een functie kwijt. Na de zomer krijgt deze waarschijnlijk een nieuwe functie: fractiekamer voor het CDA.

Natuurlijk blijft de kamer ook beschikbaar voor die andere belangrijke functie: de ruimte voor het juryberaad van het Groot dictee der Nederlandse taal.